ASAC

Amsterdamse Studenten Alpen Club » Column #22: De Hillary Crack

Alpiene ambiance in een Amsterdams thuiskantoor

Na maanden radiostilte is het weer zo ver: een nieuwe, originel, satirische en bij vlagen literaire column van jullie favoriete Matco! In plaats van een meanderende stream-of-consciousness die in de verste verte weinig met klimmen of materiaal te maken heeft, neem ik jullie deze keer mee in een chronologisch verhaal over de bouw van de Hillary Crack. Een stuk materiaal waar je ook nog eens in en op kunt klimmen, dat nu een dominante plek in mijn huis inneemt. Jullie hebben vast veel vragen: ‘Wat?’, ‘Waarom?’, en ‘Hoe?’ (in mijn fantasie hebben jullie nooit geleerd met twee woorden te spreken, typisch voor onze generatie). Ik kan jullie helaas niet van jullie existentiële angsten afhelpen (probeer eens meditatie of een fles drank), maar ik kan jullie wel vertellen hoe ik dit prachtig bouwsel in elkaar geschroefd heb.

Zoals dag zich elke avond laat omtoveren in de nacht, zo wissel ik ook elke alinea van standpunt (geinspireerd door de partijprogramma’s van de VVD) en ga ik jullie toch eerst vertellen wat de ‘Hillary Crack’ is en waarom ik het in godsnaam gebouwd heb. Mijn Hillary is een spleetklimtrainingsmachine. Wat minder verboos gezegd: 3 planken met spleten ertussen.

Een koppige schroef blijft standvastig boven het maaiveld uisteken, als een herinnering dat je beter de schroefgaten kunt voorboren in plaats van de schroef te forceren tot het bitje van je boormachine versleten is.

Het idee is dat je tussen deze planken je handen en voeten kunt verklemmen, teneinde het aardse achter je te laten en als een vlinder omhoog te zweven naar het einde van de spleet, een kleine twee meter boven de grond. Door dit vaak genoeg te doen kan je je tenslotte een echte spleetklimmer noemen en krijg je eindelijk de aandacht die je altijd al dacht te verdienen van je mede klimmers. De truc is dat spleetklimmen in Nederland nog net iets minder niche is dan ijsklimmen, maar nog wel niche genoeg om je met een modicum aan inzet boven het gepeupel in de klimhal te verheffen. Terwijl je na jaren trainen op je hangboard alsnog ingehaald wordt door de zoveelste wonderkleuter die Action Directe op wandelt, kan je naar een paar maanden oefenen al beter spleetklimmen dan 99% van onze landgenoten. Deze luie tactiek heb ik natuurlijk niet zelf bedacht, maar met plezier gejat van Pete Whitaker en Tom Randall:

Het enige wat mijn appartement op de eerste verdieping nog mist is een kelder.

Hoewel ik op de schaal van privilege best hoog scoor, hebben zelfs ik en mijn ouders samen niet genoeg geld om een huis met een kelder in Amsterdam te bemachtigen. Maar nadat ik mijn oude huisgenoten het huis had uit gepest door avond na avond smerige veganistische maaltijden de koken en ze te vervangen door de enige echte CentraalCoen had ik toch een mogelijkheid. Ik beschikte over een extra kamer van ongeveer 8 m^2 en een huisgenoot die me niet direct voor gek zou verklaren om die voor de helft te verbouwen tot trainingsruimte. Nu restte mij alleen nog de puzzel van een redelijke spleet in deze kleine kamer proppen. Het plafond was uitgesloten, de lampen in ons huis blijven er ternauwernood aan hangen. Een van de muren was van gips en een andere grotendeels van glas (in de volksmond ook wel een ‘raam’ genoemd). Dingen in de muur schroeven leek er niet in te zitten. Verder strekt mijn bindingsangst zich zover uit, dat ik liever voor een minder permanente oplossing ging. Terwijl ik de nacht aan het dromen was over cams, was de oplossing mij opeens heel duidelijk. De driehoeksongelijkheid!

Zelfs in hun eigen commercial kan Kong het plaatsen van een Gipsy er niet soepel uit laten zien.

Ik zou de spleet simpelweg in de kamer zelf klemmen! En door de langste kan van de driehoek te gebruiken, zou ik bijna 4 meter aan klimafstand krijgen. Het idee was snel uitgetekend, nu de uitvoering. Als eerste ging ik samen met mijn vader (hij schittert in zijn traditionele genderrol) naar de bouwmarkt om wat hout te halen. Met mijn oude vriend Pythagoras had ik berekend dat mijn spleet maximaal 4.15 meter lang zou kunnen zijn. Ik wilde graag twee spleten van verschillende breedtes naast elkaar, dus ik ging uiteindelijk voor 3 planken van ‘steigerhout’ . 5 meter lang, 20 cm breed en 3 cm diep. Kosten: 65 euro. Omdat we niet in het bezit waren van een limousine moesten we uiteindelijk met het hout naar huis lopen. 5 meter is langer dan je denkt.

Elke 20 meter bleef mijn vader vragen of ik niet wilde pauzeren. Om zijn trots niet te breken gaf ik toe dat ik wel een kleine rust kon gebruiken.

Nadat we de planken door het raam naar binnen had geduwt begon het echte werk. Na mijn vader het huis uit gewerkt te hebben, had ik de handigste man van Nederland uitgenodigd om echt aan de slag te gaan. Ik heb het natuurlijk over de enige echte Ruud Stood PhD, die inmiddels stiekem alweer een half jaar in Amsterdam woont.

Ruurd

Na een half uur als een soort van buurman en buurman de afgezaagde plank in alle mogelijke configuraties (“misschien andersom schuin?”) hadden geprobeerd op zijn plek te krijgen, beseften we uiteindelijk dat als de plank exact de lengte van de ene hoek naar andere hoek was, we deze nooit op zijn plek zouden krijgen. Teleurgesteld zaagden we er toch maar 10 centimeter af, met als voordeel dat we eindelijk een beetje opschuiven. Op voorstel van Ruud haalden we nog een bakje met 20 cm lange schroeven bij de Praxis (kosten 12 euro) en gebruikten we de stukjes hout die we overhadden om de juiste breedtes te maken. Beiden spleten lopen ongeveer van vuistbreedte naar vingerbreedte, de meer exotische maten volgen misschien later. Daarna was het tijd om eens te laten zien wat ik waard was en de eerste poging te wagen:

Zelfs met alle mogelijke cheats bleek het moeilijk van de grond te komen

De oorzaak voor mijn gefaal was me al snel duidelijk. De planken waren nog steeds te flexibel. Als een soort van Sisyphus plaatste ik mijn hand in de spleet, zette ik druk naar buiten om wrijving te creeeren, en bogen de planken gewoon met mijn hand mee. Uiteindelijk heb ik de spleet op ongeveer elke 80 cm moeten fixeren met meer stukjes hout aan de binnenkant en bovenkant. Dat leidde tot een beter resultaat:

Excuses voor de schokkende beelden, ik had geen zin om voor de camera mijn shirt weer aan te trekken.

Toch een mooi resultaat. Het uiteindelijke doel is voldoende duur op te bouwen door de spleet deze winter zo vaak mogelijk op en af te klimmen en dan in het voorjaar alle harde spleten in de Pfalz en Ettringen af te tikken. Vooralsnog heeft de huid op de rug van mijn handen me tot een wat rustiger schema gedwongen, maar ik voorzie grote vooruitgang. Wil je meer informatie over het project, of me gewoon irriteren, voel je vrij om te volgen op Instagram (@MatcoClimbs) en me een DM te sturen.

Met sportieve groet,

Miron van der Kolk