ASAC

Amsterdamse Studenten Alpen Club » Retro Column: De Donsjas

Deze column is vorig jaar in de weekmail verschenen:

Het is weer de tijd van het jaar. De dagen worden korter, de temperatuur begint te dalen en sommige asaccers zien er opeens uit als michelinmannetjes. Ik heb het natuurlijk over de donsjas. Als je denkt: “Ik wil er ook graag zo bijlopen”, dan volgen er in deze column wat tips voor de aanschaf van een donsjas.

Kort gezegd zijn donsjassen een soort slaapzakken die je aan kan trekken. Ze zijn heel erg warm, je kunt ze heel klein opvouwen en ze houden niet zo van regen. Er zijn twee getallen die aangeven hoe warm een donsjas precies is. De ‘fill power’ geeft de kwaliteit van de dons aan, namelijk tot welk volume een ounce van dons uitzet. Dit wordt gemeten in cuin (probeer dit woord nooit hardop uit te spreken) en loopt van 500 tot 900. Meer cuin is meer warmer. Het tweede getal is gewoon het totale gewicht van de dons in de jas. Meer gewicht is ook meer warmer. Je kan dus twee jassen hebben die even warm zijn, maar die niet even zwaar zijn, afhankelijk van de fill power.

Verder kunnen donsjassen slecht tegen water. Een klein buitje is geen probleem, maar na een echte plensbui verschrompelt je donsjas tot hij er uitziet als een gekleurde vuilniszak. En is dan ongeveer net zo warm als een vuilniszak.

Als je je donsjas ook wilt gebruiken om mee te klimmen zijn er twee features die je eigenlijk wilt hebben: een capuchon waar je helm onder past en een tweede rits aan de onderzijde zodat je makkelijk bij je klimgordel kan. Scherpe rotsen en donsjassen gaan ook niet goed samen, dus draag altijd iets over je donsjas heen als je ermee gaat klimt. 

Donsjassen zijn helaas vrij duur (€200-300), dus de meesten zullen toch bij de goedkoopste jas van de Decathlon uitkomen (vanaf €30 zit er soort van dons in).