Mijn gebeden zijn verhoord! Er is zowaarr een reactie op mijn vorige column binnengekomen in mijn mailbox n.a.v. van mijn zielige gezeik in de vorige column. Dit kleine berichtje deed mijn hart weer helemaal opbloeien:

”

De C1-cursus

Voor de mensen die zich afvragen wat een C1-cursus nou eigenlijk is, een korte uitleg. Ten eerste: niemand weet waar die C voor staat. Als je me een plezier wilt doen, stuur alsjeblieft een e-mail naar zp@nsac.alpenclub.nl om te vragen wat het idee daarachter is.  Ik laat eerst even de NSAC zelf vertellen over de cursus:

“Ligt je ambitie bij het alpiene klimmen, maar heb je hier geen of slechts geringe ervaring in? Dan is deze cursus het startpunt! Op een intensieve manier komen alle alpiene basistechnieken aan de orde tijdens oefeningen en tochten. Je wordt vertrouwd gemaakt met verschillende voortbewegingstechnieken in zowel rots als sneeuw en ijs. Daarnaast maak je een begin met touwtechnieken, oriëntatie en andere alpiene vaardigheden, zoals weerkunde en gevaarherkenning. Dit gebeurt op een manier die er op gericht is je een stevige basis te geven om eenvoudige tochten zelfstandig te kunnen maken.”

Goed verhaal toch? Ik zal het even voor je vertalen. Deze cursus is voor mensen die willen alpineren, maar eigenlijk te bang zijn om te alpineren. Of geen vrienden mee hebben om te alpineren. De overstap naar Alpineren kan je een beetje vergelijken met het kopen van een Ford Mustang in je midlife crisis. Het kost heel veel geld, je denkt dat je heel stoer bent en diep van binnen word je er niet echt gelukkig van. Alpineren geeft de mensen die te slap zijn om hard te kunnen klimmen een safe zone, waar ze zich ook een beetje veilig en gewaardeerd kunnen voelen. Hun onzekerheid verbergen ze onder een laag dure kleding.

Exclusief reiskosten, materiaal aanschaf en tochtenvoer geeft de NSAC aan dat de cursus ongeveer 700 euro zal gaan kosten. Hun streven is om alle cursussen minimaal 100 euro goedkoper aan te bieden dan de NKBV. Het is sowieso de goedkoopste alpiene cursus die je kan doen, maar al met al kom je toch wel rond de 1000 euro totaal uit. Bedenk dus even goed of je dat ervoor over hebt!

De Paklijst

Ik heb even de paklijst van vorig jaar gejat en in de bovenstaande link geplakt. (Update: de NSAC is zo vriendelijk geweest de lijst ook op de site te zetten. Verder staat er een handige verwijzing naar het kenniscentrum van de NKBV, waar ook een paklijst te vinden is) Er is natuurlijk geen garantie dat die dit jaar precies hetzelfde is, maar op de belangrijke dingen wel. Er staat teveel op om op te noemen, maar ik de belangrijkste ga ik even af:

De C/D schoen

In de bergen is het koud. Koud en nat. Daarom kom je bij het alpineren allemaal sneeuw en ijs tegen. Als je daar met je blote voeten overheen gaat, ben je heel snel je tenen kwijt. Omdat dat nogal kut is, trek je zo’n hele dikke bergschoen aan. Deze zijn waterdicht, hebben een stijve zool met klimrubber en zijn stijgijzersvast of stijgijzervriendelijk. Vast betekent dat je voor en achter een richel hebt voor je stijgijzers. Hier passen technische klimijzers op met kliksystemen voor en achter. Vriendelijk betekent alleen een richel aan de achterkant. Hier passen stijgijzers met een klip aan de achterkant en straps aan de voorkant. Deze passen ook op stijgijzervaste schoenen uiteraard.

Deze schoenen zijn heel erg belangrijk maar ook heel erg duur. Basismodellen beginnen zo rond de 200 euro. Best een uitgave voor een schoen die toch niet zo lekker wandelt. Je kan er eigenlijk niks mee behalve alpineren. Tenzij je er in je hart van overtuigd bent dat je een geboren alpinist bent, is het een beetje zonde om deze nieuw aan te schaffen. Alternatieven zijn lenen of tweedehands. De NSAC facebookpagina is een goeie plek om te vragen/zoeken. Zo rond de voorjaarsschoonmaak explodeert deze pagina met aanbod. Hetzelfde geld voor marktplaats.  Of misschien kan je een paar van je vrienden lenen. Tweedehands is maximaal 50 euro een goede prijs voor iemand anders zijn stinkschoenen

Het allerbelangrijkste is dat je schoen lekker zit. Blaren zijn niet leuk. Je gaat hier een hele week op stampen en als het pijn doet is dat goed kut. Zorg ervoor dat je je schoenen goed inloopt! Tweede belangrijke punt is dat je stijgijzers er goed op passen. Zorg dus dat je eerst je stijgijzers geregeld hebt en neem die mee als je schoenen gaat passen! Als je stijgijzers midden op de gletsjer van je schoen losraken en in een spleet glijden is dat niet grappig! Of tenminste, niet voor jou dan, ik zal hier hartelijk om lachen als je het me achteraf vertelt. Ten derde is het belangrijk dat ze goed waterdicht zijn. Vet ze nog een keer in voordat je ermee op stap gaat! Of laat de Bever het voor je doen als je een rijke tata bent.

Ten slotte is er nog de eindeloze discussie of je beter een C of D schoen kan kopen. De C-schoen is over het algemeen goedkoper, minder stijf en zit wat lekkerder. Het is voldoende om over gletsjers mee te wandelen. Voor je C1 cursus is het voldoende, maar zodra je iets moeilijkers wilt doen, is een D-schoen veel fijner.

Een D-schoen is zwaarder, steviger en stijver. Als je hierna graag C2 wilt gaat doen of eigen tochten maken, zou ik voor een D-schoen gaan.

Mocht je besluiten om je eigen schoenen te kopen, raad ik je aan naar de Zwerfkei in Woerden te gaan. Zij hebben de grootste selectie, kundigste personeel en beste service. Het is sowieso een toffe winkel (de grootste outdoorwinkel van Nederland) en je hebt daar het meeste kans van slagen.

Stijgijzers

IJS. IJs is glad. Iedereen die in zijn trainers op een schaatsbaan heeft gestaan, die weet dat. Een oplossing, geïnspireerd door middeleeuwse martelwerktuigen, is de stijgijzer (het stijgijzer?). De metalen punten rammen in het ijs en zorgen ervoor dat je over een gletsjer kan lopen (als je, net zoals een anonieme ASAC-voorzitter, je afvraagt: “Wat is een gletsjer eigenlijk?”, neem contact op met Coen Bernsten, die studeert dat geloof ik). Stijgijzers zijn ook duur. 100 euro nieuw of hoger is helemaal geen gekke prijs. Gelukkig kan je een afgeragd paar van de ASAC huren. Voor je C1 maakt het niet zoveel uit hoe goed je stijgijzers zijn. Een andere optie is weer de NSAC Facebook of huren bij basecamp. Ik raad je echt niet aan om je eigen paar te kopen. Je weet nu toch niet wat je wilt en je gaat misschien ook andere schoenen kopen later.
Mocht je toch je eigen stijgijzers kopen, zegt wijze man Ivo: “als je wel stijgijzers koopt, koop dan halfautomatische met 12 of 14 punten. Die hebben een kooi voorop en een klipsluiting aan de achterkant. Die zijn het meest universeel“

Pickel/IJsbijl

Zie je dit coole plaatje hierboven? Dat is niet wat jij gaat doen. Dit zijn ijsbijlen. Die gebruiken mensen om te klimmen. In ijs. Jij gaat niet klimmen. Jij gaat alpineren, een soort schaatsen op hoogte.  Jij gaat de hele week met je pickel in je hand over horizontaal (alles tot 50 graden is horizontaal voor een klimmer toch?) ijs lopen. Jouw pickel is gewoon recht en heeft niet zo’n cool handvat. Een pickel is niet zo gek duur (begint rond de 40/50 euro) en wel leuk om zelf te kopen. De ASAC heeft zelf ook veel pickels, maar veel daarvan zijn een beetje groot en lomp. Als je te laat bent met material claimen krijg je zo’n radiomast mee. Voor een pickel is het fijn als ie lekker licht is en de goede lengte voor jou. Als je de pickel in je hand houdt moet ie tot aan je enkels komen. Vroeger vonden ze lange pickel heel cool, daarom hebben we zoveel van die lange kutdingen. En haal je leash van je pickel af. Je staat ermee voor lul.

Verder hebben pickels nog een B (basis) of T (technisch) keurmerk. Beiden zijn prima voor je C1-cursus, maar op de lange termijn is het leuker om een technische pickel te hebben, die zijn steviger en je kan er wat meer mee. Een wat uitgebreidere uitleg vind je hier.

Alpien Touw

Voor aanschaf, zie de vorige column.

De asac heeft hier komende zomer voldoende van, hoef je waarschijnlijk niet zelf aan te schaffen.

Kleding

In de bergen is het koud. Maar soms ook best warm. Het kan ook wel eens regenen. Van tevoren heb je geen idee. Vervelend hé? Wat moet je nou aantrekken? Je moeder komt vast nog met die ene ski-jas en wollen wanten aanlopen. Maar bij de Bever glimmen al die felgekleurde jassen en broeken en je medecursisten roepen dingen als: “hardshells!”,  “softshells!”, “Gore-Tex!” en “Ik ben in ontkenning over mijn financiële situatie als student dus ik ga iets heel duurs kopen!” Bewaar dat geld voor het kopen van echte klimspullen (cams en touwen), want ik ga je leren om skeer te alpineren in goedkope kleren!

De eerste absolute beginnersfout is het meenemen van teveel spullen. Je moet dat allemaal omhoog sjouwen. Iedereen gaat toch stinken en je kan ook niet douchen. Hier volgt een lijstje die voldoet aan de Miron-standaard voor fast&light en hygiene (hint, een van deze twee dingen is belangrijk voor sicke sends, de andere niet):

• 1 onderbroek (polyester of merino)
• 2 paar sokken (dikke wollen sokken)
• 1 thermoshirt (merino of plastic)
• 1 thermobroek (merino of plastic)
• 1 warmtelaagding (fleecetrui, dons of primaloft)
• 1 broek (klimbroek + regenbroek of  softshell/hardshell)
• 1 regenjas (hema of Gore-Tex)
• Handschoenen (fleece onderhandschoen + waterdichte bovenhandschoen)
• Wollen Buff (past makkelijk onder helm en kan ook als sjaal gedragen worden)

Dit past allemaal makkelijk in een 40 liter rugtas, als je je touw, helm en pickel aan de buitenkant bevestigt. Pas het niet in een 40 liter rugzak, dan doe je het fout. Uiteraard zou ik bij twijfel de NSAC paklijst aanhouden, want de NSAC is verantwoordelijk en ik niet 😉 Hier nog wat gedetailleerde tips:

Ondergoed

1 onderbroek mee? Is Miron gek geworden? Nee hoor, gewoon een beetje rationeel. Je zit een week lang in een berghut. Iedereen stinkt naar zweet. Je kan jezelf niet wassen. Wat voor zin heeft een schone onderbroek over je smerige reet aan te trekken? Je kan ’s nachts in je thermolegging slapen en je onderbroek laten luchten desnoods. Als je gevoelig bent voor diarree of angstpoepjes kan je er twee meenemen. Maar dat is echt het maximum

Verder een thermolegging en thermoshirt. Van merino, van de decathlon. Ik heb mijne al 3 jaar, en ze doen het nog steeds. Ik zie geen reden om 60+ euro aan Icebreaker ofzoiets uit te geven. Merino stinkt nooit (als je onfris ruikt ben jij het die stinkt, niet je kleding) en voert je zweet af van je lichaam. Er is geen discussie mogelijk, dit is de beste keuze.

Maar het is niet noodzakelijk. Je redt het ook wel in een plastic sportshirt dat je ergens gratis gekregen hebt. Maar echt heel fijn is het niet.

Sokken

Sokken! Goeie sokken zijn essentieel. Blaren zijn kut. Wollen sokken zijn echt de shit, daar moet je niet op bezuinigen. Een wijze tovenaar zei ooit: “A man can never have enough socks”. Ik kan niet genoeg benadrukken hoe fijn het is om goede sokken te kopen. Mijn sokken zijn duurder dan mijn thermoshirt. En je sokken kan je elke dag aanhebben. Ook als je over 30 jaar een wandelaar bent en het klimmen allang opgegeven hebt, heb je nog steeds je dikke wollen sokken. Terwijl je je die dure D-schoenen voor een tientje op marktplaats verkoopt aan een of andere skere student. Goeie sokken kan je aan je kinderen doorgeven.

Je hebt er hier twee paar van nodig voor het geval 1 paar nat wordt. Sokken drogen niet altijd na 1 nacht in een vochtige hut en lopen in natte sokken staat garant voor blaren en/of trenchfoot.

Isolatielaag

Heel soms kan het in de bergen ook koud zijn. Vooral als je stilstaat. Zolang je over de gletsjer aan het stampen bent krijg je het al snel warm. Een hele dikke jas is kut, daar ga je in zweten. Het slimste is je regen/wind dichtheid te scheiden van je isolatie. Met bijvoorbeeld een losse fleece, dunne donsjas of primaloft jas. Zie hier mijn oude column over donsjassen. Als die nat worden zijn ze niet zo chill (of juist heel chill ;)). Fleece is het goedkoopst en het meest waterbestendig.

Regenkleding

Hier gaat het grote geld inzitten. Of juist niet. Er is een goede kans dat het 1 of meerdere dagen van je cursus de hele dag regent. Normaal zou je gewoon binnen blijven, maar dat is zonde. Je gidsen slepen jullie gewoon mee naar buiten. Die vinden dat niet zo erg, die hebben allemaal van die dure regenkleding. Moet jij dat ook hebben? Het antwoord is: ja en nee. Regenkleding moet je absoluut hebben, anders wordt je nat en vries je dood. En lopen wij weer een contributie mis, waar ik setjes mee had kunnen kopen. Maar hele dure regenkleding is niet essentieel. Het is alleen maar zijn. Het verschil tussen een 10 euro jas van de Lidl of een 300 euro jas van de Bever is het “ademend vermogen”. Oftewel: blijft mijn zweet aan te binnenkant van mijn jas zitten of het dampt het door mijn jas heen? Een bezwete rug is naar, maar je gaat er echt niet dood aan. Plus, dit is de eerste keer dat je met scherpe stijgijzers en pickels gaat lopen zwaaien. Grote kans dat je je dure regenbroek of regenjas beschadigt. Ervaar eerst maar eens de nadelen van een niet ademende jas, dan kan je daarna besluiten of je dat wilt hebben. (ik bezit zelf maar 1 hardshell, die niet ademend is en die gratis van Foodora heb gekregen)

Ik hoop dat jullie iets aan dit advies hebben. Vragen zijn altijd welkom! Verder wil ik jullie er nog op attenderen dat op 22 januari (datum nog niet vast op moment van schrijven) er een kortingsavond aankomt bij de Kathmandu met 20% korting op het hele assortiment! Houd de promotiekanalen goed in de gaten. Voor sommige klimspullen betekent dat, dat ze onder de Decathlonprijs duiken. Verder hebben ze een groot assortiment aan alpiene kleding, en wat vriendelijker personeel dan de Bever (excuses aan alle ASAC-ers die bij de Bever werken).

Een vrolijke nieuwjaarsgroet,

Miron

Disclaimer

Elk stukje is een mix tussen informatie, mijn mening en een (niet altijd even geslaagde) poging tot humor. Het is niet mijn bedoeling mensen te beledigen.

Verder ben ik geen instructeur. Ik ben een natuurkundige met meningen over materiaal. Ik heb enigzins het idee dat ik weet waar ik het over heb. Op ASAC-activiteiten (en daarbuiten) ben je altijd zelf verantwoordelijk voor je veiligheid. Luister altijd naar je instructeur. Die heeft er een diploma voor. Ik heb alleen een diploma in natuurkunde en een grote bek hebben.